Na Kuifje is Rik Ringers aan de beurt.
Tibet (pseudoniem van Gilbert Gascard, 1931- 2010) en scenarist
André-Paul Duchâteau (1925) zorgden voor een flinke reeks avonturen van de held met de Porsche. Een lovenswaardige serie die recent nog een nieuw album opleverde zonder de hand van de meesters weliswaar, maar toch. Hoe beroemd dan ook, hoe geliefd, toch documenteerden de heren scenarioschrijver en tekenaar zich niet altijd voldoende. In het album Het boze drietal (Lombard 1980, herdruk) wordt er flink op los geknald. Op bladzijde 32 begint het festijn. Rik wordt van nabij beschoten, maar reageert niet terwijl er toch een knal klinkt.
|
Verbazing bij de schutter en de lezer. |
Bij een tweede knal slaat Rik zijn aanvaller neer. Het pistool vliegt de lucht in en wordt door gangster nummer 2 opgevangen die doodleuk zegt 'handig zo'n kogelvrij vest'. In de wetenschap dat een kogel met op zijn minst een snelheid van 300 meter per seconde een wapen verlaat (kan oplopen tot aanmerkelijk sneller als er een ander wapen wordt gebruikt of andere ammunitie) dan kun je de impact voorstellen van de kogel die ineens wordt gestopt op je lijf. Het moet toch zijn energie kwijt. Je bent dan niet dood omdat de kogel niet binnentreedt zoals dat zo mooi heet, maar je kunt behoorlijk gewond raken of op zijn minst van je stokje gaan. Rik heeft nergens last van, de wonderboy.
|
Op zijn minst brandwonden.
|
Duchâteau en Tibet maken aanvankelijk dus niet een Uitglijer, omdat het hier om losse flodders gaat en er geen kogel op het lijf gestopt wordt. Maar ze laten de gangster wel een fout maken door er vanuit te gaan dat Rik een kogelvrij vest aanheeft. Zou de man zo blond zijn? Zou die niet weten wat een kogel doet, ook op een kogelvrij vest? Ik kwalificeer dat toch als een blunder van de scenarioschrijver.
Ondanks dat hij dus het wapen als ondeugdelijk had moeten beschouwen, knalt hij Rik vol in het gezicht. De knal wordt veroorzaakt door kruit dat de loop verlaat. Dan loop je toch behoorlijke schade op door het kruit; brandwonden, blindheid of doofheid omdat het dichtbij is afgeschoten zoals is te zien. Rik heeft weer geen last van dit alles. Een tweede Uitglijer dus. Afijn, je kunt niet van iedereen verwachten alles te weten, maar om even de telefoon op te pakken en een wapenhandelaar te bellen met de vraag of losse flodders zonder gevaar zijn, is wat je op zijn minst kunt doen. Gelukkig is dat niet gebeurd, anders had ik geen Uitglijer gehad en die is in dit geval zeker geen losse flodder. (HvK)
Hans van Klinken is freelance journalist en leest in zijn vrije tijd graag strips. Op de Incognito blog levert hij (on)regelmatig bijdragen met De Uitglijer (rubriek voor strip-misstappen) en andere stripgerelateerde stukjes.
Eerder publiceerde hij een Uitglijer over Guus Slim, Hergé, Suske en Wiske: De Tartaarse helm, Tintin: Le Sceptre d'Ottokar, Schanulleke (Suske en Wiske), Suske en Wiske: De Tartaarse helm (2), Suske en Wiske: De Ringelingschat, Uitglijers met dubbele betekenissen?, Uitglijer Guus Slim, Een speurtocht naar striptekenaar en scenarist Pizarro, De Uitglijers van Eddy Paape, Dan Cooper, De Tartaarse helm (Jeugd Revue), Majesteitelijke Uitglijer, Fournier, Suske en Wiske en Dick Bos en Foute teksten bij onze wereldvermaarde held
Geen opmerkingen:
Een reactie posten