Naar het schijnt rizzelt het in Hergé's creatie Kuifje van de fouten en foutjes. We vonden er twee in het duo-album
Raket naar de maan (1953) en
Mannen op de maan (1954). Het gaat om de detectives Jansen en Janssen, althans hun naam.
Wat wil het geval.
De detectives hebben zich verkleed als lokalen om een buurtonderzoek te doen rond de fabriek waar professor Zonnebloem zijn raket aan het bouwen is met een uitgelezen team van specialisten. Het tweetal wordt gevankelijk voorgeleid aan de directeur van de onderneming, de heer Baxter. Onderop zegt Bobbie 'Daar heb je het al. De roemrijke intocht der gebroeders Janssen' (bladzijde 18 uit Raket naar de maan, uitgave Ottens A62-1, Casterman).
|
Onze veelnamers voorgeleid. (Copyright Hergé en Casterman) |
Gebroeders?
Hier moet Hergé de weg zijn kwijt geweest of zijn wij het? De detectives gaan in het Nederlands en in de moderne versies door het leven als Jansen en Janssen... de een met één s en de ander met twee s-en in het midden van de naam. Het zijn dus geen broers. Het zijn look-a-likes, waarvan de een een snor heeft die recht naar beneden wijst en de ander een snor met opwippende punten. Iets wat triggert is dat aanvankelijk de heren in het Kuifje album De sigaren van de farao (1934) de codenaam x33 en x 33bis kregen... beiden eenzelfde nummer... hm. Dat impliceert vagelijk eenzelfde naam. Dit plaatje komt volgens het naslagwerk
Tintin zwart op wit van Marcel Wilmet uit Le Cigares du pharaon (uitgave 1938, codering Ci2a).
|
Beiden X33 (Copyright Hergé en Casterman)
|
Afijn, niet een heel erge uitglijer, want het kan een 'bij wijze van spreken' zijn van Bobbie.
Toch ontkomen we niet aan een werkelijke uitglijer.
De namen werden in de loop van de tijd in het Nederlandse taalgebied steeds iets anders. Jansen en Janssen, zoals tegenwoordig wordt gehanteerd, maar het is ook Jansen en Jansens geweest en Janssen en Janssens. Bij hun introductie waren het nog Peters en Peeters en wel in het proefnummer van De Bengel, een Nederlandstalige tegenhanger van
Le Petit Vingtième.
|
Uit De Bengel (1940) onder de
titel Van Tintin en Milou (Copyright Hergé en Casterman)
|
Maar altijd twee verschillende namen. Soms worden ze als stel genoemd zoals in het Frans, waar ze Dupont en Dupond heten, en soms zijn ze aangeduid als 'les Dupondt'. Het is een samengaan van de twee namen, compleet met de d en de t. Bobbie hanteert dat dus ook als hij zegt 'gebroeders Janssen'. Hij laat Jansen en Janssen feitelijk samen gaan al is dat hier niet zo duidelijk als bij Dupondt. Gezien het verloop van het verhaal klopt dit echter niet.
Wat blijkt. In Mannen op de maan (uitgave: Ottens A62-1) worden de beide heren op bladzijde 38 voor de eerste keer voluit bij hun naam genoemd.
|
Een andere naam (Copyright Hergé en Casterman)
|
Hier heten ze Jansen en Jansens, terwijl Bobbie spreekt van Janssen met de dubbel s. Het had dus consequent 'gebroeders Jansens' moeten zijn, zoals ze ook in de Mannen worden genoemd.
Er is dus gebruik gemaakt van de meest moderne versie van de detectives in de Raket en de oudere in de Mannen. Beiden delen komen uit 1962 dus er is geen sprake van een nieuwe en oudere versie. Overigens is deze fout hersteld in de hedendaagse Mannen. Compliment. Van sommige uitgevers kun je niet zeggen zo alert te zijn voor hun herdrukken.
Alleen heeft men de neiging om dan ook weer te gaan hertalen in de nieuwste versies. Zo noemt Bobbie bij de binnenkomst van het tweetal hen ineens de 'Janssen Brothers'. Je kunt dit met een gerust hart een Uitglijer noemen. Met name Kuifje werd altijd geroemd vanwege het taalgebruik dat de vertaler voor de reporter hanteerde. Ook hebben we Jansen al eens shit zien zeggen (zie
de vorige )… straks kunnen we alleen nog de Engelse taalversie lezen. En gezien de behoefte van de Engelsen, en dan doel ik op de hertekende Zwarte Rotsen die een ware Hergé adept onooglijk vindt, lijkt mij dat niet de weg voor Kuifje om in te slaan. Het kan alleen maar slechter worden, ondanks de Uitglijertjes die we zo nu en dan vinden in de Nederlandstalige albums. (HvK)
Hans van Klinken is freelance journalist en leest in zijn vrije tijd graag strips. Op de Incognito blog levert hij (on)regelmatig bijdragen met De Uitglijer (rubriek voor strip-misstappen) en andere stripgerelateerde stukjes.
Eerder publiceerde hij een Uitglijer over Guus Slim: Kamerlid Piemel, Hergé, Suske en Wiske: De Tartaarse helm, Tintin: Le Sceptre d'Ottokar, Schanulleke (Suske en Wiske), Suske en Wiske: De Tartaarse helm (2), Suske en Wiske: De Ringelingschat, Uitglijers met dubbele betekenissen?, Uitglijer Guus Slim: Bomaanslag in de bergen, Een speurtocht naar striptekenaar en scenarist Pizarro, De Uitglijers van Eddy Paape, Dan Cooper, De Tartaarse helm (Jeugd Revue), Majesteitelijke Uitglijer, Fournier, Suske en Wiske en Dick Bos, Foute teksten bij onze wereldvermaarde held, Rik overleeft de kogels (Rik Ringers) en Hoe geel is een bruine schoen ? (Ton en Tinneke)