31 december 2017

Nieuwjaarskaarten - IJsbrand Oost, Julius de Goede (Hans G. Kresse) en Lode Devroe

De nieuwjaarskaart van Max Miller-tekenaar IJsbrand Oost
Uitgever en vormgever Julius de Goede stuurde deze originele tekening van Hans G. Kresse uit het Eric de Noorman verhaal De Wolf en de Havik (1955) als nieuwjaarsgroet. In 2018 verschijnt bij De Goede een facsimile uitgave van dit Eric verhaal, een van de mooiste door Kresse getekend, met de originele stroken op ware grootte afgebeeld. Info: www.juliusdegoede.nl (Copyright beeld: Erven Hans G. Kresse)
Op de valreep van 2018 tekende Lode Devroe deze mooie nieuwjaarsgroet, met Dr. Dia en weerman Vik Paradox.

30 december 2017

Nieuwjaarskaarten - Roel Smit, andREVANbuuren en Uitgeverij Panda


De nieuwjaarsgroet van illustrator en striptekenaar Roel Smit (Incognito-funnies, Rock 'n' Roel, Large Popmerchandising)
Een creatieve nieuwjaarsgroet van kunstschilder, illustrator en striptekenaar andREVANbuuren met zijn stripfiguur Duk Deny als vogel.
De nieuwjaarskaart van Uitgeverij Panda die in 2018 haar activiteiten verder gaat afbouwen. Wel verschijnen nog bij de stripuitgeverij van Hans Matla de avonturen van Marten Toonder's Thijs IJs in een eenmalige uitgave in drie delen. 

29 december 2017

Kerstkaarten - Lode Devroe, Patrick Van Oppen en het Belgisch Stripcentrum

Striptekenaar en illustrator Lode Devroe ( (Dr. Dia, Hangar 84, Painted desert) poste deze tekening als kerstgroet op zijn Facebookpagina.

De Vlaamse striptekenaar Patrick Van Oppen (bekend van de Eppo strip De Vries) tekende op zijn kerstkaart de figuren uit drie nieuwe strips waar hij momenteel aan werkt met James Vandermeersch (meer nieuws hierover in 2018!).
De kerstgroet van het Belgisch Stripcentrum in Brussel waar je kunt kennismaken met de talrijke facetten van het stripverhaal, onder andere met permanente tentoonstellingen en een afwisselend programma van tijdelijke exposities.

28 december 2017

Kerstkaarten - Eric Heuvel, Jean Dulieu, Kees de Boer en Thomas Du Caju

Nog eens een mooie en gevarieerde collectie kerstkaarten van diverse striptekenaars en illustratoren.

Kerstkaart van January Jones tekenaar (en ook scenarist) Eric Heuvel
Jean Dulieu maakte deze winterse Paulus de Boskabouter tekening in de jaren zestig op scraperboard. Het is gebruikt als digitale kerstgroet door Uitgeverij De Meulder, gespecialiseerd in het werk van Dulieu.
Nieuwjaarswens van striptekenaar, cartoonist en kinderboekenillustrator Kees de Boer (Max Laadvermogen, Sidi en Smook, Agent en Boef)
De Belgische striptekenaar Thomas Du Caju (Little England. Betty & Dodge, Sabbatini) bracht een mooie hommage aan Franquin en Guust Flater voor zijn nieuwjaarswens.

27 december 2017

Kerstkaarten - Walter Minus, Frodo de Decker, Jeroen Funke en Marc Legendre

Mijn vierde post met kerstkaarten van diverse striptekenaars voor dit jaar met een Fransman, twee Belgen en een Nederlander.
De kerstgroet van de Franse illustrator en striptekenaar Walter Minus
Frodo de Decker, de Vlaamse striptekenaar die in Eppo en Veronica magazine staat met gagstrip De Ridder.
Jeroen Funke, al twintig jaar lid van het striptekenaarscollectief Lamelos werkt ook als zelfstandig tekenaar. Hij maakte een pareltje van een kerstkaart.

Een kerstgroet van de veelzijdige striptekenaar en scenarist Marc Legendre (Biebel, Amoras) met een mooie vredesboodschap.

26 december 2017

Kerstkaarten - Gerard Leever, Het Stripschap (IJsbrand Oost), Mark Retera en Romano Molenaar

En hierbij opnieuw vier kerstkaarten van even zovele striptekenaars. Het Stripschap laat zoals ieder jaar hun kerstgroet tekenen door een andere Nederlandse stripauteur.
Gerard Leever (Gleevers Dagboek, Suus en Sas) tekende zichzelf en zijn vrouw Wilma Leenders (inkleurster van zijn strips en ook van andere striptekenaars) op deze vrolijke kerstkaart.
IJsbrand Oost (tekenaar van de avonturenstrip Max Miller) maakte voor Het Stripschap deze fraaie kerstgroet, met een knipoog naar de maanraket in Kuifje.

Kerstgroet van Mark Retera, schrijver en tekenaar van Dirkjan

Romano Molenaar (Storm, Roodhaar, J.Rom, Amerikaanse comics) maakte deze kleine maar fijne kerst tekening. 

25 december 2017

Kerstkaarten - Ken Broeders, Ruud Straatman, Erwin Suvaal en Gilbert Declercq

En hier zijn de volgende vier kerstkaarten door striptekenaars die ik heb verzameld, gemaakt door twee Belgische en twee Nederlandse auteurs.

Een mooie kerstgroet van de Vlaamse stripauteur Ken Broeders (Apostata, Voorbij de Steen, Cyrano, Tyndall)
Stripscenarist en tekenaar Ruud Straatman (Royaal Modaal, Aloysius Frispeer, CigarToons) monteerde een kerstgroet met twee van zijn favoriete komieken.
Een bijzondere kerstkaart van striptekenaar, illustrator en fotograaf Erwin Suvaal (Anders, Suvaal, In het Wild... stripmakers gevangen in een fotoboek en vaste medewerker van het kwartaalstripblad Hollandsch Metaal)
De Belgische striptekenaar, illustrator en schilder Gilbert Declercq (Eppo lezers kennen hem nog van de pilotenstrip Rud Hart) poseert op zijn kerstgroet tijdens zijn tentoonstelling in Evergem, België.

24 december 2017

Kerstkaarten - andREVANbuuren, Hans van Oudenaarden, Evert Geradts en Marissa Delbressine

Hier zijn de eerste kerstkaarten voor 2017 van diverse striptekenaars en kunstenaars die ik heb verzameld. De komende dagen volgen er nog meer van zulke bijzondere creaties. Hou dus deze blog in de gaten en kom vanzelf in de kerst(strip)sfeer. Fijne feestdagen!
andREVANbuuren - Kunstschilder, striptekenaar (de pilotenstrip Duk Deny) en stukjesschrijver op deze blog.

Hans van Oudenaarden - Tekenaar van de Bob Eversstrip, Puppy Love (in dagblad Metro) en auteur van Rhonda waarvan het derde verhaal 'Route 66' momenteel in Eppo loopt. 

Evert Geradts - Tekenaar van undergroundstrips, De Alsjemaar Bekend Band, Henk Hond en Disney scenarist.

Marissa Delbressine - Striptekenaar (Ward en diverse mangastrips) , animator en illustrator.


21 december 2017

Eric Heuvel exposeert bij Jopo de Pojo

Tot 27 januari 2018 kun je bij stripwinkel Jopo de Pojo in Haarlem een tentoonstelling bezichtigen van striptekenaar Eric Heuvel. Er hangen diverse originele werken zoals strippagina's uit January Jones, van Suske en Wiske, Op Missie maar ook (zowel inkting als potlood) van De Meimoorden waarvan hij momenteel samen met schrijver Jacques Post een stripversie publiceert in de StripGlossy.

Speciaal voor deze expo maakte Heuvel bovenstaande illustratie, een ontmoeting tussen January Jones en Jopo de Pojo, het bekende stripfiguur van Joost Swarte waar de stripwinkel naar vernoemd is. Deze fraaie tekening is ook te koop als gesigneerde prent.

Jopo de Pojo - Kleine Houtstraat 11A, 2011 DD Haarlem
www.facebook.com/JopodePojoHaarlem

20 december 2017

Voorleesmiddag in Concerto: Tess & Timmy en Scrooge


Op woensdag 20 december vanaf 15.00 uur staat een muzikale combi-lees-signeervoorstelling op het programma in Concerto Recordstore, Utrechtestaat 52-60 te Amsterdam. Er is een interactieve leesvoorstelling over het nieuwe kinderboek ‘Tess en Timmy gaan naar school’ van schrijfster Nelleke de Boorder (met illustraties van striptekenaar Dick Matena) in de kids-hoek van Concerto Koffie. Met uitvergrote illustraties op scherm en bijbehorende liedjes kunnen kinderen volop mee doen, meezingen en kennis maken met Tess, Timmy en hun hondje Toby. Er zijn leuke kleurplaten.
Extra voor de ouders: Dick Matena’s stripbewerking van Charles Dickens' A Christmas Carol uit 2004 is deze maand opnieuw uitgebracht door Uitgeverij Personalia onder de titel Scrooge. Voor deze uitgave heeft Matena de tekst en het beeld geheel bewerkt, waardoor zowel de leesbaarheid als het tekenwerk uitstekend tot hun recht komen. Ook is het verhaal opnieuw geletterd en voorzien van een extra dossier. Bij deze gelegenheid is Matena aanwezig om het boek te signeren.
Dick Matena signeert Scrooge in Boekhandel Praamstra in Deventer tijdens het jaarlijkse Dickens festival, 17 december 2017.


18 december 2017

Magda van Tilburg – Neerlands eerste vrouwelijke ballonstriptekenaar

Een vriend van mij handelt in antiek en treft ook wel eens papieren items. Als het strips zijn vraagt hij aan mij of het gevondene de moeite waard is. Op een gegeven moment krijg ik een kaftje in de handen gedrukt met daarin wat onbeholpen tekeningen in de vorm van een stripverhaal. De tekeningen verraden echter wel een tekentalent. Waar het verhaaltje over gaat is onduidelijk. De belettering is in het Grieks en ik schatte het in als Oudgrieks. De hoofdrolspelers zien er ook zodanig uit; als oude Grieken.
 De cover van Van Tilburgs eerste strip uit begin jaren 70.
Voorin het boekje wordt Magda van Tilburg als tekenaar genoemd. Daar heb ik op gegoogeld en trof een site aan waarop blijkt dat zij al heel lang kinderboeken illustreert. Als klap op de vuurpijl blijkt zij ook in een onvoltooid verleden tijd meerdere strips te hebben gemaakt die zij aanvankelijk als serie Classica Signa noemde. Frappant, want alle stripbladen hebben haar nooit gevonden. Wel staat ze sinds langere tijd op de onvolprezen Lambiek Comiclopedia site met een biografie alsmede op Wikipedia.
Ook is meer van haar te vinden op de Passiepensioneertnooit site via deze link. Raar genoeg kwam zij tot voor kort ook in geen stripcatalogus voor. Uiteindelijk werd Magda's creaties pas in 2014 in de Catawiki catalogus opgenomen en dan nog maar met drie deeltjes. Vreemd die geringe belangstelling, omdat ik de stelling aandurf Magda de tweede vrouwelijke striptekenaar van het Nederlandse taalgebied te noemen, als we Phiny Dick als de eerste rekenen. En dan is Magda wel de eerste vrouw die een ballonstrip heeft gemaakt.
Zomaar lange tijd overgeslagen in onze stripannalen. 
De eerste striptekenvruchten van Magda Van Tilburg uit haar jeugd. 
Het zat er al vroeg in bij Van Tilburg. Als kind dat nauwelijks de luier was ontsproten tekende zij op kladblokken er lustig op los en verniste de covers met nagellak. Net echt. Op het gymnasium worstelde zij met de vertalingen van de klassieke teksten, maar wist dat ongenoegen om te buigen door boekjes te maken over de gewraakte onderwerpen. Die werden uitgevoerd in een Dick Bosachtige afmeting; 10x 16 cm. Zo begonnen de verhalen meer voor haar te leven.
Het hierboven bedoelde boekje is daar het debuut van. Aardig is dat de leraar klassieke talen haar met het produceren van dit kleinood de helpende hand bood, en zo onbewust de basis heeft gelegd voor een universitaire studie in die vakken. Ondertussen was ze onverdroten doorgegaan met het produceren van de serie Classica Signa zoals ze de serie ondertussen was gaan noemen. Deze werd uiteindelijk in dat kleine formaat en in zwart-wit door haar toenmalige partner Frans Panholzer tussen 1973 en 1975 uitgegeven.

Haar studie, die zij in 1978 afrondde, bleek haar toch niet genoeg want het talent voor tekenen bleef op de deur bonzen, Ze besloot naar de Rietveld Academie in Amsterdam te gaan waar ze vrije grafiek en illustratie als richtingen koos en daar tot haar genoegen les kreeg van Thé Tjong-Khing die we kennen van zijn strip (met scenarist Lo Hartog van Banda) Arman en Ilva en zijn bijdragen aan de Toonder Studio's. Dat sloot ook mooi aan bij haar bewondering voor Phiny Dick en Marten Toonder als stripmakers. Naast deze old masters liet zij zich inspireren door Moebius/ Giraud en Bilal wat in haar stripwerk goed te zien..

Met de nieuwe tekenverworvenheden van de academie hertekende ze de Classica Signa tussen 1980 en 1986. Deze hertekende reeks werd in het Allard Pierson Museum te koop aangeboden. Ze kregen ook een plaatsje op haar eerste website. Het verhaal ‘Dido en Aeneas’ werd uiteindelijk in 1998 getoond en geanalyseerd op de Vergilius expo ‘Vergil Visuell’ in München. Twee jaar later was dit zelfde werkje te zien op een andere expositie; 'Virgil in 2000 years' in het British Museum.
De hertekende versie uit de jaren 80 van de bestaande Classica Signa stripreeks.
Ondanks dat succes gebeurde er jaren niets op het stripgebied en werkte Magda onverdroten als illustrator aan een oeuvre binnen de kinderboeken. Totdat in 2006 de Duitse uitgever C.C. Buchner de albums ontdekte op haar site. Om een lang verhaal kort te maken; Magda hertekende uiteindelijk voor de uitgever drie deeltjes en kleurde deze digitaal in; de komedie 'Korenworm' van Plautus, 'Dido en Aeneas' van Vergilius en de ondergang van de stoute zonnezoon 'Phaeton' van Ovidius.

Twee willekeurige scenes uit het vernieuwde gekleurde werk van Van Tilburg.
Deze drie albums zijn nu ook te zien op haar eigen verhalenwebsite www.Booxalive.nl als bladerboek. Ze heeft deze titels aangevuld met het verhaal ‘Romulus en Remus’ in een  zelfgeschreven Latijnse tekst die ze toentertijd al met behulp van haar leraar klassieke talen op school maakte. Op Booxalive zijn de drie Buchner-albums in te zien en kan er een Nederlandse vertaling meegelezen worden. Bij ‘Phaethon’ staan links en rechts van de strip een Nederlandse én een Engelse vertaling. ‘Romulus et Remus’ heeft alleen een  Engelse vertaling. Handige hulpjes voor degenen bij wie de  de kennis van het Latijn is weggezakt. De strips worden hier en daar ook op scholen gebruikt bij de lessen in de klassieke talen. Van Tilburg kan zich met haar creaties in het Latijn scharen in de korte rij van illustere stripfiguren zoals Asterix en zelfs Suske en Wiske. 

Magda is dan ook trots op haar nieuwe-versie comics in kleur van Classica Signa die tegenwoordig door het leven gaat als Antiqua Signa. Dat betekent niet dat de oer-stripdeeltjes uit beeld zijn. Deze worden verkocht onder de oude verzamelnaam Signa Classica en wel bij haar ‘partner’ in klassieke crime, Casper Porton (zie www.addisco.nl/producten.htm). Hij is ook van plan het album ‘Romulus et Remus’ te gaan uitgeven. Ook zit er een remake in de pijplijn van haar eerste Griekse verhaal. Kortom, de belangstelling voor Van Tilburgs stripwerk is nog lang niet gedoofd.

Het unieke debuutdeeltje dat aanleiding is geweest voor dit stukje kan ik in elk geval opnemen in mijn stripcollectie en daarmee is dat ineens de meest zeldzame strip die ik bezit. Met dank voor de informatie aan Magda van Tilburg; Neerlands eerste vrouwelijke ballonstriptekenaar. (HvK)

Hans van Klinken is freelance journalist en leest in zijn vrije tijd graag strips. Op de Incognito blog levert hij (on)regelmatig bijdragen met De Uitglijer (rubriek voor strip-misstappen) en andere stripgerelateerde stukjes.

Eerder publiceerde hij een Uitglijer over Guus Slim: Kamerlid PiemelHergéSuske en Wiske: De Tartaarse helmTintin: Le Sceptre d'OttokarSchanulleke (Suske en Wiske)Suske en Wiske: De Tartaarse helm (2)Suske en Wiske: De RingelingschatUitglijers met dubbele betekenissen?Uitglijer Guus Slim: Bomaanslag in de bergenEen speurtocht naar striptekenaar en scenarist PizarroDe Uitglijers van Eddy PaapeDan CooperDe Tartaarse helm (Jeugd Revue)Majesteitelijke UitglijerFournier, Suske en Wiske en Dick BosFoute teksten bij onze wereldvermaarde heldRik overleeft de kogels (Rik Ringers)Hoe geel is een bruine schoen ? (Ton en Tinneke) en Jansen is de naam (Kuifje)

05 december 2017

Hans G. Kresse expo bij Bijzondere Collecties (t/m 5 dec.)

Bij de Bijzondere Collecties van de UvA is tot en met vandaag 5 december een kleine Hans G. Kresse expositie te zien met ook wat originele werken, o.a. een strippagina uit een van de eerste delen van de Indianenreeks en een kleurenillustratie voor het stripweekblad Pep.
Deze tentoonstelling is een overblijfsel van de Kressedag 2017 die op 25 november plaatsvond bij de Bijzondere Collecties (waarvan binnenkort op deze blog een verslag).

Adres:
Bijzondere Collecties (tegenover de Munttoren), Oude Turfmarkt 129, 1012 GC Amsterdam Tel: 020 - 525 2473 website: uba.uva.nl/locaties/bijzondere-collecties.html
Copyright foto's: Robin Schouten (2017)

02 december 2017

Eppo 24 - De boekenkast van Charel Cambré

In stripblad Eppo 24 staat van mij De boekenkast van...Charel Cambré. Hij bereikte een enorm lezerspubliek als tekenaar van de Suske en Wiske spin-off Amoras op scenario van Marc Legendre. Momenteel werkt het Vlaamse stripduo aan Robbedoes Special waarvan deze maand deel 2 verschijnt. Voor zijn favoriete boeken koos Cambré voor stripauteurs die hij las in zijn jeugd (Nys, Franquin, Godard) en ook daarna leerde kennen (Gazzotti/Vehlmann). Eppo nummer 24 ligt nog tot 7 december in de winkel en is ook los te bestellen via de Eppo site.
Charel Cambré thuis in België, 11 september 2017. Foto's: Robin Schouten. (Voor een hogere resolutie, mail naar incognito@comic.com)
Met de series Jump en Filip & Mathilde (een parodie op het Belgisch koningshuis) kende Cambré al goede verkoopcijfers in België en door Amoras is hij ook heel bekend geworden in Nederland. “Ik moet hard voor dit succes werken maar wat ik ervoor terugkrijg voelt heel plezierig. De samenwerking met Legendre verloopt heel goed, we zijn ook vrienden.

Ik kom uit een klein Vlaams dorpje en daar las ik de stripklassiekers. Piet Pienter en Bert Bibber is een echte Vlaamse strip met super grappige verhalen. In een café bij ons in de buurt leerde ik veel andere strips kennen zoals Sammy en De Blauwbloezen. Ik was een enorme fan van Sammy, daar vind ik scenarist Cauvin op z’n best. Tussen mijn 10e en 15e jaar heb ik de meeste boeken gekocht en gelezen, vooral de komische strips. Mijn tekenwerk is een mengelmoes van alles wat ik ooit heb gelezen. Daar zit zowel Turk in als Berck, Jean-Pol, Franquin maar ook Nys, Vandersteen en Godard.”

27 november 2017

Eppo Enquête 2017 - Stem op De boekenkast van...

De jaarlijkse Eppo enquête staat weer online. Tot 30 november kan iedereen via deze link zijn stem uitbrengen op de vele strips die het afgelopen jaar in Eppo zijn verschenen en ook op de vaste rubrieken zoals De boekenkast van... Het afgelopen jaar heb ik daar weer diverse Nederlandse en ook buitenlandse stripauteurs voor geïnterviewd: Michiel Offerman, tekenaar van Star Barz (Eppo 1), Frodo de Decker, auteur van De Ridder (Eppo 3), Roelof Wijtsma, tekenaar van Roel Dijkstra (Eppo 4), Michiel de Jong, tekenaar van Suske en Wiske - De charmante chirurg (Eppo 7), Dino Attanasio, de vroegere tekenaar van o.a. Johnny Goodbye (Eppo 9), André-Paul Duchâteau, de vroegere schrijver van o.a. Rik Ringers (Eppo 11), Kenny Rubenis, auteur van Dating for Geeks (Eppo 17), Jan Vriends, auteur van de Tina-strip Roos en de titelstrip Tina (Eppo 18), Alexis Dragonetti, Gedelegeerd Bestuurder van Ballon Media (Eppo 19), Emma Ringelding, tekenaar van Amorfati (Eppo 22) en Bruno de Roover, schrijver van de Vikingstrip Jylland (Eppo 23). Daarnaast heb ik ook voor Eppo een artikel geschreven over 60 jaar Guust Flater (Eppo 21) en een interview gedaan met de auteurs van Jylland (Eppo 22). 
Behalve je stem uitbrengen kun je bij de Eppo enquête 2017 ook je opmerkingen en tips kwijt zodat de redactie met jouw feedback aan de slag kan voor de tiende jaargang van de 'nieuwe' Eppo in 2018. Als dank voor je mening maak je kans op een van de vijf strippakketten ter waarde van 50 euro!

21 november 2017

Eppo 23 - De boekenkast van Bruno de Roover

In Eppo 23 staat van mij: De boekenkast van... Bruno de Roover. Sinds het vorige nummer staat hij in Eppo als de scenarist van de Vikingstrip Jylland - met tekeningen van Przemysław Kłosin (zie dit bericht). Liefhebbers kennen hem ook van zijn eigen gaggstrip Café Cowala en als schrijver van J.ROM - Force of Gold voor Romano Molenaar en De tuin van Daubigny voor Luc Cromheecke. Voor de Boekenkast-rubriek heeft Bruno zijn favoriete boeken per thema verzameld met stripauteurs uit Nederland, België, Frankrijk en Amerika. Eppo nummer 23 ligt nog tot 23 november in de winkels en is ook los te bestellen via de Eppo website. 
Bruno de Roover thuis in Antwerpen, 12 juli 2017. Copyright foto's: Robin Schouten. (Voor een hogere resolutie, mail naar incognito@comic.com)


07 november 2017

Eppo 22 - Interview auteurs Jylland (Bruno de Roover en Przemyslaw Klosin)

 Uit bijzondere samenwerkingen kunnen mooie strips ontstaan. Laat dat ook zo zijn bij de nieuwe Vikingstrip Jylland dat speciaal voor het stripblad Eppo wordt gemaakt door de Belgische scenarist Bruno de Roover (J.Rom, De tuin van Daubigny) en de Poolse tekenaar Przemyslaw Klosin (24/7).  Jylland is een stoere avonturenstrip die zich afspeelt in de tijd dat de Noormannen de kusten van Europa teisterden met hun plundertochten. Maar naast actie wordt er ook een persoonlijk verhaal verteld over de regerende familie over de vikingstam. Intriges en geheimen ten top.
In Eppo nr. 22 gaat het eerste verhaal van start, Magnulv de Goede. Ter introductie heb ik beide Jylland auteurs geïnterviewd voor een 2-pagina artikel. 
Bruno de Roover in Antwerpen, 12 juli 2017. (Copyright foto: Robin Schouten)
Daarin zegt De Roover onder andere dat dit eerste verhaal een afgerond einde heeft maar dat hij het zo heeft geschreven dat er makkelijk een vervolg op gemaakt kan worden. Ik ben in ieder geval heel enthousiast over de start van Jylland, met subliem tekenwerk en dito inkleuring van Klosin. Ook tekende hij de cover van Eppo 22. Dit nummer ligt tot 10 november in de winkel en is ook los te bestellen via de Eppo site. 
Przemyslaw Klosin werkt aan de Jylland cover voor Eppo nr. 22, 2017

01 november 2017

Jansen is de naam

Naar het schijnt rizzelt het in Hergé's creatie Kuifje van de fouten en foutjes. We vonden er twee in het duo-album Raket naar de maan (1953) en Mannen op de maan (1954). Het gaat om de detectives Jansen en Janssen, althans hun naam.
Wat wil het geval.
De detectives hebben zich verkleed als lokalen om een buurtonderzoek te doen rond de fabriek waar professor Zonnebloem zijn raket aan het bouwen is met een uitgelezen team van specialisten. Het tweetal wordt gevankelijk voorgeleid aan de directeur van de onderneming, de heer Baxter. Onderop zegt Bobbie 'Daar heb je het al. De roemrijke intocht der gebroeders Janssen' (bladzijde 18 uit Raket naar de maan, uitgave Ottens A62-1, Casterman).
Onze veelnamers voorgeleid. (Copyright Hergé en Casterman)
Gebroeders?
Hier moet Hergé de weg zijn kwijt geweest of zijn wij het? De detectives gaan in het Nederlands en in de moderne versies door het leven als Jansen en Janssen... de een met één s en de ander met twee s-en in het midden van de naam. Het zijn dus geen broers. Het zijn look-a-likes, waarvan de een een snor heeft die recht naar beneden wijst en de ander een snor met opwippende punten. Iets wat triggert is dat aanvankelijk de heren in het Kuifje album De sigaren van de farao (1934) de codenaam x33 en x 33bis kregen... beiden eenzelfde nummer... hm. Dat impliceert vagelijk eenzelfde naam. Dit plaatje komt volgens het naslagwerk Tintin zwart op wit van Marcel Wilmet uit Le Cigares du pharaon (uitgave 1938, codering Ci2a).
Beiden X33 (Copyright Hergé en Casterman)

Afijn, niet een heel erge uitglijer, want het kan een 'bij wijze van spreken' zijn van Bobbie.
Toch ontkomen we niet aan een werkelijke uitglijer.
De namen werden in de loop van de tijd in het Nederlandse taalgebied steeds iets anders. Jansen en Janssen, zoals tegenwoordig wordt gehanteerd, maar het is ook Jansen en Jansens geweest en Janssen en Janssens. Bij hun introductie waren het nog Peters en Peeters en wel in het proefnummer van De Bengel, een Nederlandstalige tegenhanger van Le Petit Vingtième.
Uit De Bengel (1940) onder de titel Van Tintin en Milou (Copyright Hergé en Casterman)
Maar altijd twee verschillende namen. Soms worden ze als stel genoemd zoals in het Frans, waar ze Dupont en Dupond heten, en soms zijn ze aangeduid als 'les Dupondt'. Het is een samengaan van de twee namen,  compleet met de d en de t. Bobbie hanteert dat dus ook als hij zegt 'gebroeders Janssen'. Hij laat Jansen en Janssen feitelijk samen gaan al is dat hier niet zo duidelijk als bij Dupondt. Gezien het verloop van het verhaal klopt dit echter niet.
Wat blijkt. In Mannen op de maan (uitgave: Ottens A62-1) worden de beide heren op bladzijde 38 voor de eerste keer voluit bij hun naam genoemd.
Een andere naam (Copyright Hergé en Casterman)
Hier heten ze Jansen en Jansens, terwijl Bobbie spreekt van Janssen met de dubbel s. Het had dus consequent 'gebroeders Jansens' moeten zijn, zoals ze ook in de Mannen worden genoemd.
Er is dus gebruik gemaakt van de meest moderne versie van de detectives in de Raket en de oudere in de Mannen. Beiden delen komen uit 1962 dus er is geen sprake van een nieuwe en oudere versie. Overigens is deze fout hersteld in de hedendaagse Mannen. Compliment. Van sommige uitgevers kun je niet zeggen zo alert te zijn voor hun herdrukken.

Alleen heeft men de neiging om dan ook weer te gaan hertalen in de nieuwste versies. Zo noemt  Bobbie bij de binnenkomst van het tweetal hen ineens de 'Janssen Brothers'. Je kunt dit met een gerust hart een Uitglijer noemen. Met name Kuifje werd altijd geroemd vanwege het taalgebruik dat de vertaler voor de reporter hanteerde. Ook hebben we Jansen al eens shit zien zeggen (zie de vorige )… straks kunnen we alleen nog de Engelse taalversie lezen. En gezien de behoefte van de Engelsen, en dan doel ik op de hertekende Zwarte Rotsen die een ware Hergé adept onooglijk vindt, lijkt mij dat niet de weg voor Kuifje om in te slaan. Het kan alleen maar slechter worden, ondanks de Uitglijertjes die we zo nu en dan vinden in de Nederlandstalige albums. (HvK)

Hans van Klinken is freelance journalist en leest in zijn vrije tijd graag strips. Op de Incognito blog levert hij (on)regelmatig bijdragen met De Uitglijer (rubriek voor strip-misstappen) en andere stripgerelateerde stukjes.

Eerder publiceerde hij een Uitglijer over Guus Slim: Kamerlid PiemelHergéSuske en Wiske: De Tartaarse helmTintin: Le Sceptre d'OttokarSchanulleke (Suske en Wiske)Suske en Wiske: De Tartaarse helm (2)Suske en Wiske: De RingelingschatUitglijers met dubbele betekenissen?Uitglijer Guus Slim: Bomaanslag in de bergenEen speurtocht naar striptekenaar en scenarist PizarroDe Uitglijers van Eddy PaapeDan CooperDe Tartaarse helm (Jeugd Revue)Majesteitelijke UitglijerFournier, Suske en Wiske en Dick BosFoute teksten bij onze wereldvermaarde heldRik overleeft de kogels (Rik Ringers) en Hoe geel is een bruine schoen ? (Ton en Tinneke)